Duurzame ontwikkeling 
    omgevingsbeleid / leefomgeving
    / ruimtelijke orde / leefgemeenschap / werkgemeenschap / common interest development /
    common interest mobilization / het nieuwe wonen  / het nieuwe werken / het nieuwe
    leven 
    Deze pagina staat in het teken
    van 'het nieuwe wonen'. Daarmee wordt gedoeld op een structurele verandering van de
    ruimtelijke ontwikkeling. De eindgebruiker krijgt meer invloed. De monocultuur in vastgoed
    en openbare ruimte wordt doorbroken. Een project start met de plannen van de
    eindgebruikers. Professionals worden dienstbaar aan de uitwerking daarvan. De sociale
    architectuur wint aan belang. Gebruik, ontwerp en exploitatie schuiven ineen. De essentie
    van ruimtelijke ontwikkeling betreft niet de stenen en de wegen, maar de vormen die
    voldoen aan hetgeen de gebruikers wensen.       
      
    Op deze pagina:  
    
      
    Stellingen:
     
    
        | Duurzaamheid vergt betrokkenheid |  
        | Duurzaamheid vergt waardendifferentiatie |  
        | Ruimtelijke kwaliteite betekent identiteit en
        verscheidenheid |  
     
      
    Transformatie
    van de ruimtelijke ontwikkeling
    De sleutel tot de ordening van
    de stad ligt in:   
    
        | de acceptatie en vervlechting van alles wat zij
        in zich draagt; en  |  
        | de mobilisatie van haar zelforganiserend
        vermogen dat probleemoplossend werkt, van nature evolueert en nieuwe ontwikkelingen
        genereert.  |  
     
    Steden zijn ononderbroken
    stromen van individuele interpretaties van één en dezelfde ruimte. Dat conflicteert met
    de traditionele ruimtelijke ordening waarin het algemene de overhand heeft. De RO legt de
    nadruk op eenduidige interpretaties van als algemeen beschouwde behoeften. Wij stellen
    voor dit te doorbreken en ruimte te bieden aan de op elkaar inwerkende en met elkaar in
    aard en duur conficterende fenomenen. Wij willen die fenomenen helpen vormgeven opdat ze
    kunnen worden opgenomen in het totale vlechtwerk van de stad. Gezamenlijk moeten ze
    het veelkleurig dynamisch evenwicht brengen dat voor duurzame ruimtelijke ontwikkeling
    cruciaal is.     
    In dit artikel reiken wij een
    procedureel samenstel aan waarmee de eenduidige interpretatiecodes worden doorbroken.
    Daarbij leggen wij de nadruk op:   
    
        | mobilisatie van bestaande sociale structuren via
        Common Interest Mobilisation (CIM);  |  
        | samenwerking rondom belangen die groepen
        samenbinden in Common Interest Development (CID); en  |  
        | vervlechting van de initiatieven die door CIM en
        CID teweeg worden gebracht.      |  
     
    Belangrijkste kenmerk van CID
    is dat het initiatief aan de belanghebbende (eind)gebruikers wordt gelaten en dat de
    traditioneel plannende, sturende en initiërende partijen een meer dienstbare rol krijgen.
    In onze visie behoren bureaucraten en ontwikkelaars in het geheel geen plannen te maken.
    Ze moeten daarentegen hun kennis ten dienste stellen van de plannen die al leven. Dat
    biedt perspectief voor authenticiteit en duurzaamheid in een wereld waarin de werken de
    kracht van het individu te boven gaan maar waarin projectmatige samenwerking te vaak tot
    zielloosheid en verschraling leidt.  
    Duurzame ontwikkeling begint
    bij de mensen die zich met hun omgeving vereenzelvigen. Die er wonen, werken en leven.
    Gebruikers investeren immers graag en continu in hun eigen directe omgeving. Die
    investeringen richten zich op waardevermeerdering, zowel in de beleving van de gebruiker
    als in de beleving van de markt.  
    In de huidige situatie
    domineert echter de exploitant. Ieder project leunt op de 'return on investment' en niet
    op de behoefte van de eindgebruiker. CID draait de rollen om. De eindgebruikers zien hun
    plannen en wensen gereliseerd. Ze definieren de uitgangspunten voor de bouw. Ze dragen ook
    het investeringsrisico. Beleggingsmaatschappijen kunnen geheel uit het vastgoed
    verdwijnen. Vastgoedontwikkeling wordt het werkterrein van banken in een verfijnd
    samenspel met CIG's, projectontwikkelaars, stedebouwkundigen, architecten en ambtenaren. 
      
      
    I. Common Interest
    Development (CID) 
    Nog voor de eerste plannen zijn
    gemaakt leggen projectontwikkelaars, ontwikkelingsbedrijven en anderen zich toe op het
    bijeenbrengen van Common Interest Groups (CIG). Dit zijn groepen van particulieren
    en bedrijven met gelijke en complementaire belangen. Zij zijn het die vorm geven aan de
    planschetsen en de uitgangspunten voor de bouw. CIG's initiëren. Ze zijn opdrachtgever,
    investeerder, eindgebruiker en klant. De professionele ontwikkelaars en stedebouwkundigen
    faciliteren en coachen. Hun eerste product is niet een plan of schets maar een levende
    gemeenschap van gelijkgestemden, de CIG. 
    Het proces:  
    
      - De overheid schetst contouren voor
        infrastructuur, ruimtelijke orde en economische structuur.  
  
            | De stuctuurvise is het belangrijkste instrument.
            Het verschaft een gemeenschappelijk referentiekader voor ontwikkeling. |  
            | Het bestemmingsplan beperkt zich tot monitoring,
            administratie en communicatie van de feitelijke situatie.    |  
         
      
      De ontwikkelaar organiseert de Common Interest
        Development. Eenieder kan in dit opzicht ontwikkelaar zijn. 
      De ontwikkelaar faciliteert de Common Interest
        Group: samen stellen ze: 
            | de uitgangspunten;  |  
            | schetsen ze de contouren; en  |  
            | zoeken zij het benodigde kapitaal. |  
         
      
      De professionele uitwerking volgt in opdracht
        van de Common Interest Group. 
    
    II. Common Interest
    Mobilisation (CIM) 
    Zelden kan worden aangevangen met één
    zuiver en bindind idee voor de ontwikkeling. In bestaande situaties zijn er veel meer
    ideeën en wellicht ook meer te vormen Common Interest Groups waarmee rekening moet worden
    gehouden. Dit vergt meer capaciteiten van de ontwikkelaar bij de definitie van het 'Common
    Interest' en het bijeen brengen van de 'Group'. Het proces begint met de identificatie en
    mobilisatie van bestaande behoeften, belangen en structuren. Deze kunnen varieren van
    initiatieven tot buurtbeheer tot inrichting van gedeelde voorzieningen. De initiatiefnemer
    stelt zich daarbij faciliterend op. Zijn eigen voorstel en belang zijn minder belangrijk
    dan de vaststelling of er behoefte aan is. Het initiatief voor de concrete projecten ligt
    bij de te vormen CIG's. Banken adviseren ten aanzien van de financiering. Overheid en
    vastgoedfondsen kunnen participeren. 
    Het proces:   
    
      - De initiatiefnemer plaatst een stolp boven een
        bestaand gebied, wijk of bedrijventerrein en doet ontwikkelingsvoorstellen.
 
      - De potentieel belanghebbenden onder die stop
        worden uitgenodigd te participeren in de voorgestelde ontwikkelingen. 
 
      - De initiatiefnemer operationaliseert een
        collaboratie platform voor feedback en vorming van interesse groepen
 
      - Op basis van de response wordt bepaald op welke
        wijze de voorgestelde ontwikkeling wordt doorgezet.
 
      - Zodra er bindende ideeën en CIG's zijn ontstaan
        wordt aangeknoopt bij het proces van de 'lege ruimte'.    
 
     
    III. Vervlechting 
    In het gestuurde proces van CIM
    en CID kunnen kruisverbanden worden gelegd. Dit op basis van gemene delers binnen de
    CIG's. Kan het initiatief voor een Hamam worden gecombineerd met een fitness club of is
    een Moskee meer gepast?     
    (gereserveerd) 
    Algemene
    beschouwing 
    Te lang wordt onze ruimte
    weggegeven aan de zielloosheid van planning en exploitatie. Het individu moet zijn stempel
    drukken door aan het begin en eind te staan van ieder ontwikkelingsproces. Planners,
    financiers en ontwikkelaars vinden een nieuwe taakstelling in de mobilisatie en
    facilitering van CID's en een zinnige vervlechting daarvan. Zo dragen zij bij aan het
    zelforganiserend vermogen van de stad dat bestaat uit een 'patchwork' van parallelle
    operaties en dat slechts wordt gehinderd door de aanwezigheid van zichtbare hogere
    ordenende machten.  
    all righs reserved. Meer info: omgevingsbeleid@elannet.net / 06 51364580
     
      
    Links 
    Hulp bij zelfbouw 
    
    Leefgemeenschappen 
    
    Experimenten 
    
    Common Interest Mobilization 
    
    Algemeen 
    
    Omgevingsbeleid / ruimtelijke ordening 
    
    Amerikaanse toestanden 
    
    Overgenomen van 'Omslag, werkplaats voor
    duurzame ontwikkeling' 
    AltNed -
    Overzicht van enkele leefgemeenschappen.  
    De Refter - Woon-werkpand,
    een voormalig klooster aan de rand van Nijmegen met negentig bewoners die samen hun
    project beheren.  
    Ecodorp - Ooit willen ze
    een echt dorp bouwen. Vooralsnog ontmoeten de bewoners elkaar in dit virtuele dorp. Met
    links naar vele andere woon-werkprojecten.  
    Elim -
    Veel adressen van christelijk georiënteerde leefgemeenschappen.  
    Emmaus Eindhoven - Doet
    in tweedehands spullen, geeft vluchtelingen onderdak, steunt goede projecten. 
    Emmaus Haarzuilens -
    Meer dan een tweedehands alleen!  
    Emmaus landelijk - De
    overkoepelende stichting van de Emmausgroepen in Nederland.  
    Gemeenschappelijk wonen
    - In Nieuwegein wonen 24 woongroepen - elk met een eigen identiteit - rondom drie
    hoftuinen.  
    Gezamenlijk wonen - 24
    woongroepen in Nieuwegein.  
    Hobbitstee
    - Al meer dan dertig jaar in Wapserveen!  
    Steunpunt Leefgemeenschappen
    - Niet-rokers Voor wie zich afvraagt of roken eigenlijk wel gezond is. Uitgebreid
    overzicht van leefgemeenschappen met handig zoeksysteem voor wie op zoek is naar een
    woonplek.  
    Stoutenburg - Het
    Franciscaans Milieuproject Stoutenburg, nabij Amersfoort. Regelmatig zijn er
    kennismakingsdagen en tuinweken.  
    Werelddorp -
    Jan Schuiling presenteert zijn plan voor een Werelddorp.  
    Wonne - Leefgemeenschap in
    Enschede. 
    Bron: Omslag 
      
    Quotes
    Over Common Interest
    Development in de USA: 
    "In big cities half the new home sales are
    in association-managed communities, according to the Community Associations Institute.
    Altogether, some 47m peopleone in six Americanslive in 18m homes in 230,000
    communities and pay around $35 billion in fees every year. Around 1.25m people serve on
    community-association boards." 
    "Nowadays, whoever you are, there is
    probably a community planned with you in mind."  
      
    Over de associations die de CID's
    besturen 
    "Legally speaking, there are three
    different kinds of association. The commonest, about 60% of the total, are home-owner
    associations: a house buyer also becomes a member of an association that owns the common
    areas, levies dues and sets rules. Another 30% or so are condominiumstypically flats
    in a single buildingwhere the whole building is owned by a condominium association.
    The remaining 8% are co-operatives, which are like condos, except that the owners have
    shares in the co-op; most of these are in New York. Of all these, some 20,000 units,
    housing 8m people, are gated communities." 
      
    Over de voors en tegens van CID in
    de USA: 
    "Joel Kotkin, author of The New
    Geography (Random House, 2000), calls the rise of places like Valencia an
    escape to sanity from the corruption and inefficiency of big-city government."  
    "So are planned communities a good thing?
    For the Americans inside them, the answer is usually yes."  
    "The real evils of life in southern
    California are things like the separation of the workplace from the home. In
    communities with smart growth this is a fading problem. It would be perverse to limit the
    growth of successful places that people want to live in. 
    bron: www.economist.com / The growth of private communities, America's new
    Utopias 
     
    Duurzaamheid is een begrip dat mijns inziens te vaak
    wordt ingevuld als 'behoud van het goede'. Er moet voldoende voorraad en kwaliteit
    beschikbaar blijven, zodat toekomstige generaties eigen keuzes kunnen maken om hun leven
    naar tevredenheid vorm te kunnen geven.  
    Net als in een duurzame relatie is er echter nog een
    aspect cruciaal voor duurzaamheid, namelijk aanpassingsvermogen. Alles en iedereen
    verandert met de jaren. Door voortdurend bewust te zijn van deze veranderingen, en zelf
    bereid zijn mee te veranderen maakt dat we bij elkaar en onze omgeving blijven passen,
    ofwel 'mutor non mutando': door te veranderen blijf je gelijk.  
    Bron: www.infodrome.nl, Kees
    Vriesman, RPD  |